Ondertussen zijn we al meer dan een maand terug in Kaapstad en kregen we al fijn bezoek om de mooiste plekken van deze stad samen te beleven.
Kaapstad is een extreme mix van tegenstellingen, een onmogelijke mix tussen steden zoals Los Angeles en Lagos. Je vindt er de mooiste en schrijnendste plekken in 1 stad. Soms naast elkaar maar meestal historisch uitgekiend uit elkaar gehouden door infrastructuur (treinsporen, autostrades, …) of natuur (bergen, rivieren, moerassen). Van de bijna 4 miljoen inwoners wonen er zeker 2 miljoen in townships, in vaak erg precaire en onveilige omstandigheden. Op eerdere reizen maakten we al vaker verslag over de moeilijkheid om hier je eigen positie in te vinden. Je zoekt manieren om genoeg contact te houden met deze twee werelden en je leert dat je veel verbinding kan halen uit persoonlijke contacten. Je leert het ook af om grote statements te maken over de bijzonder complexe situatie en toegegeven – je went er na al die jaren ook gewoon aan. Het was dan ook enigszins verrassend hoe gechoqueerd we waren toen we – In Windhoek – voor het eerst terug die townships en clash van ongelijkheid tegenkwamen die logischerwijs ook gepaard gaat met een (on)veiligheidsprobleem. Ook dat hebben we in Kaapstad helaas ervaren: het bodyboard dat 6 maanden lang los op het dak lag, was na een weekje Kaapstad al weer weg en op een dag werd er zelfs 2 keer ingebroken in de auto. We voelen en horen van collega’s en vrienden ook dat dit probleem alleen maar groter geworden is de laatste jaren, o.a. door de coronacrisis en de extra armoede die dit veroorzaakt heeft. Het is de ontzettend pijnlijke keerzijde van de medaille van dit prachtige land van melk en honing waarin Kaapstad dan ongeveer de hoofdstad van fonkelwijn en kreeft moet zijn. Vooral mensen met kinderen die hier langer wonen hebben het er vaak steeds moeilijker mee en ook wij ervaren dat het constant extra alert zijn en relatief onschuldige incidenten zoals een auto-inbraak indruk maken op de kinderen. Maar veel van die ouders willen hier ook niet weg en ook wij komen altijd terug. Het is binnen dat spanningsveld dat wij al meer dan tien jaar, als enigszins opportunistische pseudo-toeristen er altijd voor gekozen hebben om afgebakende periodes naar hier te komen. Soms enkele weken, soms enkele maanden, ook al eens langer dan een jaar. Om te genieten van deze plek die – zoals dat wel vaker gaat – het lelijkste maar ook het mooiste in mensen naar boven brengt.
Kaapstad is een wake up call. It makes us feel alive.
Die liefde voor deze bijzondere stad, land en continent delen we graag met mensen. Met de vele vrienden en familie die ons hier al zijn komen bezoeken (ook nu weer) of mensen die ons gewoon om tips vragen. Dat was voor ons ook een van de redenen om een blog bij te houden en de reden waarom alles wat hieronder staat hopelijk schaamteloos leest als een reisgids die u onmiddellijk doet beslissen om deze prachtige stad (of bij uitbreiding dit land en heel zuidelijk Afrika) te bezoeken. Een gouden tip. Indien je ‘maar 2 weken hebt’. Bezoek dan alleen Kaapstad en haar omgeving. Je zal je niet vervelen. Geïnteresseerd? In ruil voor een gezellige avond met een goed glas wijn maken we er graag een gepersonaliseerd reisplan van.
Een van de fijnste dingen aan Kaapstad (en het appartement waar we mogen verblijven) is de constante, overweldigende maar tegelijkertijd rustgevende aanwezigheid van zoveel natuur midden in de stad; bergen, bossen, kustlijnen in alle vormen, … Cape Tonians staan er ook om bekend om daar massaal (sportief) van te genieten. En wij genieten er van om te zien hoe ontzettend veel diverser het publiek van dit soort van activiteiten de laatste jaren geworden is.
Sundowner: wandel / rij naar een mooi uitzichtspunt voor een aperitief met zonsondergang, zoals Camps Bay Tidal pool, Signal Hill of Clifton 4th beach (waar ik me inschreef in de beach volleybal club).
Beklim de Tafelberg (langs verschillende kanten), Lionshead (eigenlijk leuker) of Devils Peak. Dat kan ook allemaal vanuit ons appartement. Lionshead wordt (voornamelijk bij volle maan) ook beklommen voor een sundowner om dan in groep met een pillamp terug naar beneden te klimmen.
Verken de flanken van de Tafelberg met haar vele trail runs, grotten, riviertjes en watervallen, … Zo wandelden we (met Karel, Mujo, Joachim, Kian en Ori), ook eens vanuit ons appartement rond de berg naar Kirstenbosch (de prachtige botanische tuin zo’n 10km verder).
Cultureel valt er ook veel te beleven met o.a. het bijzondere Zeitz Museum of Contemporary African Art of een van de vele weekendmarkten (Old Biscuit Mill, The Water Shed) waar lokale designers hun producten verkopen.
Voor een old school avondje Art House film (neem je glas wijn gerust mee de zaal in) moet je in Labia zijn, voor de klassiekers kan je terecht in allerlei open air film events op de mooiste locaties (zoals Kirstenbosch). De moslimwijk Bokaap is bekend van zijn gekleurde huisjes en vanuit de Waterfront kan je de boot nemen richting Robbeneiland, waar collega gevangenen van Nelson Mandela hun persoonlijk verhaal doen. Woodstock staat dan weer vol oude pakhuizen die gevuld en beschilderd werden door allerlei creatievelingen (Street Art tour, Woodstock Echange, Old Bicuit Mill, …).
Woodstock Cycle Works krijgt een bijzondere vermelding als een van de coolste, vriendelijkste en meest behulpzame winkels ter wereld. En voor een streepje Cape Town jazz moet je in de Piano bar, The Blue Room of Asoka zijn.
Wat ons naadloos bij gastronomie brengt. Ik denk dat Kaapstad qua diversiteit en prijs / kwaliteit van restaurants erg hoog in de shortlist van wereldsteden moet staan. Enkele van onze favorieten
Ontbijt en lunch
- The blue cafe
- Lazari
- Companies gardens
- Cafe Olympia (Kalkbay)
- Babylonstoren
Dinner
- Potluck diner club
- Harbour house (kalkbay)
- Salt (Kalkbay)
- Bombay Bicycle club
Drinks
- The power and the glory
- Socials athletics club
- Cape to cuba (Kalkbay)
- Rands verdiend een extra woordje uitleg. In townships is het favoriete feestconcept de combinatie van een slager, een bbq (braai), een liquor store en een dj. Na – helaas – het sluiten van Mzolis is Rands (Khayelitsha) the new place te be. Het is een oud postkantoor dat omgebouwd werd tot een soort van permanent braai en festival plek en je kan er veilig naar toe.
Je kan ook de meeste wijndomeinen in Stellenbosch / Paarl / Franschhoek bezoeken op minder dan een uurtje rijden:
- Een van onze absolute favorieten is dan Babylonstoren, een klein paradijs op aarde met een gigantische fruit- en moestuin, 2 farm to plate restaurants, winetasting, eigen botanische tuin, … en dat allemaal in een ontzettend verfijnd architecturaal jasje.
- Bij Muratie kan je wijn proeven onder een 320 jaar oude eik die gepland werd bij de oprichting van de boerderij en krijg je de hele geschiedenis vertelt in een winetasting. De plek ziet er nog bijzonder authentiek uit omdat een van de voormalige eigenaars (een bejaarde en alleenstaande vrouw) de boerderij ooit voor een symbolische euro verkocht, op voorwaarde dat er 5 generaties lang niets aan de farm gewijzigd zou worden (zelfs de spinnenwebben niet).
- Een keer per jaar stelt Tokara ook haar private tuinen open. Daar werden we erg blij van.
- Dornier heeft een mooie moderne wijnkelder
- De klassiekers zoals Rust en Vrede of Groot Constantia blijven ook de moeite.
- Marjan is dan weer helemaal fan van de Chenin avec Chene van Simonsig en in Franschoek brengt een trammetje je van de ene farm naar de andere. Handig als je erg ambitieus bent in het proeven. In La Provence combineren ze dat met een mooie kunstgallerij.
Er zijn ook nog verschillende mooie natuurgebieden in de omgeving van Kaapstad:
Nog een van onze all time favourites is Kogelberg nature reserve en de Oudebosch Ecocabins (foto 2016). Onderweg kan je een halve dag wandeling maken naar de crystal pools (waar je van rotsen kan springen) of even stoppen op Kogelberg Beach voor een surf- of dolfijnenshow.
Meer naar het zuiden rij je richting Kaap de Goede hoop met enkele mooie stops onderweg. Daarom is het eigenlijk leuker om er een meerdaagse uitstap van de maken. Dat kan – zoals ik net met mijn vriend Karel deed – ook via een driedaagse op de fiets:
- Kalkbay – opnieuw een van onze favorieten – met vele leuke restaurantjes (Salt, Harbour House, Cafe Olympia, Cape To Cuba) en tidals pools (Brass Bell) in en rond de haven die vol zeehonden, octopussen en met wat geluk ook Manta Rays zit. We lieten ons vertellen dat een van de redenen waarom Kalkbay zo bruisend en authentiek is, het feit is dat het als een van de enige dorpen zich tijdens de apartheid altijd verzet heeft tegen de segregatie omdat die samenwerking zo belangrijk was voor de visvangst.
- Boulder Beach; de bekende – stinkende – pinguïns waar je mee kan zwemmen op een erg mooi strandje. In de buurt werd ook de mooie netflix documentaire My Teacher Octopus opgenomen werd.
- Hout Bay (met het fijne Clay Cafe), een markt en een boottocht richting Seal Island en de prachtige Chapmanspeak die je over kan rijden maar dus ook kan beklimmen.
- De prachtige (surf)stranden van Kommetjie en Scarborough hebben vooral een erg fijne lokale gemeenschap (met veel kinderen) – en veel mooie vakantiehuizen.
- Cape Point zelf is wat toeristisch, maar loop 500m verder naar Dias beach en je staat weer helemaal alleen op een fenomenaal strand.
Meer naar het Noorden kan je het West Coast national park bezoeken. Een lagune met warm water en vlonderpaadjes over felgekleurde bloemenmoerassen naar kijkhutten met zicht op flamingo’s. In Langebaan kan je in de Strandloper een 10 gangen vismenu gaan eten op het strand en nog een beetje verder heb je met Paternoster een mooi (vakantie-) vissersdorpje met veel mooie wandelingen in de buurt, alsook het in 2019 tot beste restaurant van de wereld verkozen Wolfgat.
Meer naar het Oosten begint de Garden Route, die vooral bekend is voor haar walvissen tussen Juni en November. Wanneer je dan naar Hermanus of (nog mooier) De Hoop Nature Reserve gaat, ben je al snel de tel kwijt.
Cape Town – Please take care ❤. We’ll be back.